Kosteloos eerste gesprek
100% onafhankelijke financieel advies
We vergelijken ruim 40 geldverstrekkers
Telefonisch, online of op de vestiging

Hypotheek klaar voor pensioen?

Geschreven door: Oscar Noorlag Hypotheekexpert

Als je wilt weten of je hypotheek klaar is voor je pensioen moet je niet wachten tot de dag voor je afscheidsfeestje bij je werk. Hoe eerder je weet of je hypotheek wel of niet past bij je verwachte pensioeninkomen, hoe meer mogelijkheden je hebt om een eventuele reparatie uit te voeren. Het is in ieder geval verstandig om ruim 10 jaar voor je AOW-gerechtigde leeftijd nog eens goed naar je hypotheek te kijken. Want vanaf 10 jaar voor je AOW-gerechtigde leeftijd kijken geldverstrekkers niet alleen naar je huidig inkomen, maar houden ze ook rekening met je pensioeninkomen.

Misverstand

Wij komen nog wel eens het misverstand tegen dat mensen denken dat ze vanaf een bepaalde leeftijd geen hypotheek meer kunnen krijgen, maar als je inkomen voldoende is, kun je gewoon een hypotheek krijgen. Vanaf je 57e wordt er wel rekening gehouden met je pensioeninkomen dat je vanaf AOW-gerechtigde leeftijd gaat krijgen. Dat pensioeninkomen ligt meestal een stuk lager dan het gewone inkomen in loondienst. Omdat je als AOWgerechtigde minder belasting betaalt gelden er wel hogere woonquotes. Toch kun je vaak een stuk minder lenen, omdat het lagere inkomen niet opweegt tegen de hogere woonquotes.

Een voorbeeld:
Een stel van 40 jaar met een inkomen van elk € 40.000,- per jaar kan bij een rente van 4,1% € 393.213,- lenen. Een vergelijkbaar stel van 70 jaar met een pensioeninkomen van elk € 28.000,- (70% van € 40.000,-) kan maximaal € 342.854,- aan hypotheek krijgen. NB. had dit stel elk een pensioeninkomen gehad van € 40.000,- dan hadden ze ruim vijf ton kunnen lenen.

Bestaande hypotheek

In bovenstaand rekenvoorbeeld zijn we uitgegaan van starters. Maar 50-plus huizenbezitters moeten rekening houden met hun bestaande hypotheeksituatie, waarbij onder andere ook de fiscale regels een belangrijke rol spelen.

Het is erg belangrijk om te weten welke aflossingsvorm je hypotheek heeft en hoe lang de hypotheek nog loopt. We bespreken even de belangrijkste hypotheekvormen. Stel je hebt een bankspaarhypotheek of een spaarhypotheek, dan wordt die aan het einde van de looptijd in één keer afgelost. Als de looptijd afloopt voor je de AOW-gerechtigde leeftijd hebt bereikt, dan heb je op het moment van pensionering geen hypotheek meer.

Heb je een aflossingsvrije hypotheek dan los je niet af. Aan het einde van de looptijd moet de hypotheek wel afgelost worden. Als je inkomen voldoende is, kun je meestal wel weer een nieuwe hypotheek afsluiten om de aflopende hypotheek mee af te lossen. Geldverstrekkers stellen ook als eis dat een nieuwe aflossingsvrije hypotheek maximaal 50% van de waarde van de woning mag zijn.

Bij een annuïteitenhypotheek los je maandelijks een stukje af op je hypotheek. Ook hier is de looptijd van belang. Bedenk je dat als de hypotheek langer loopt dan het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd de hypotheeklasten wel betaalbaar moeten zijn met een veelal lager pensioeninkomen.

Veel 50-plussers hebben een combinatie hypotheek, met vaak een deel aflossingsvrije hypotheek. Dat hoeft dus geen enkel probleem te zijn als de hypotheeklasten maar betaalbaar zijn met het toekomstig pensioeninkomen.

Het kan verstandig zijn om uiterlijk op je 56e je hypotheek aan te passen, zodat je hypotheek meer pensioen-proof wordt. Bijvoorbeeld door de hypotheek opnieuw af te sluiten, waarbij de looptijd van het aflossingsvrije deel voor een nieuwe looptijd van 30 jaar wordt afgesloten. Maar ook als je een annuïteitenhypotheek (deels) wil omzetten naar een aflossingsvrije hypotheek om lagere hypotheeklasten te krijgen. Als je daarmee wacht tot na je 56e dan loop je de kans dat een geldverstrekker de aanpassing van de hypotheek niet accepteert als je onvoldoende pensioeninkomen hebt. Daarbij moet je bedenken dat geldverstrekkers vaak uitgaan van rigide hypotheekregels.

Zo wordt er vaak niet uitgegaan van je daadwerkelijke hypotheek en bijbehorende hypotheeklasten, maar wordt er standaard vanuit gegaan dat je een annuïteitenhypotheek hebt (met veel hogere lasten dan een aflossingsvrije hypotheek door de maandelijkse aflossing). Uiteraard is het wel belangrijk om rekening te houden met een aantal risico’s die we hierna beschrijven.

Risico’s

Hoe betaalbaar je hypotheek in de toekomst is, hangt van een aantal factoren af. Vooral als 50- en 60-plusser moet je rekening houden met een aantal risico’s.

  1. Lager pensioeninkomen
    We hebben het eerder al aangehaald: het pensioeninkomen is meestal een stuk lager dan het huidige inkomen. Daar staat tegenover dat je wel minder inkomstenbelasting betaalt. Via mijnpensioenoverzicht.nl kun je een indicatie krijgen van je toekomstig pensioeninkomen. Het pensioeninkomen kan een behoorlijk stuk lager uitkomen dan 70% van je huidige inkomen door verschillende oorzaken. Bijvoorbeeld als je een grillig inkomenspatroon hebt gehad gedurende je carrière, of als je zzp’er bent of bent geweest, of als je door een scheiding een deel van je pensioeninkomen moet afstaan.

  2. Einde renteaftrek
    Als 50- en 60-plusser moet je er ook rekening mee houden dat de hypotheekrenteaftrek eindig is. Je kunt maximaal 30 jaar de hypotheekrente aftrekken en voor veel 50- en 60- plussers geldt dat die aftrek ergens eindigt rond het moment dat ze met pensioen gaan. Bovendien moeten degene met een pensioeninkomen van onder of net iets boven de € 37.000,- er rekening mee houden dat de aftrek niet 36,93% is maar slechts 19,03%.

  3. Einde rentevaste periode
    Veel 50- en 60-plussers hebben de afgelopen jaren de rente voor een heel mooi laag tarief vastgezet. Soms zelfs tegen percentages van tussen de 1% en 2%. Maar de kans bestaat dan wel dat aan het einde van de rentevaste periode de hypotheekrentes een stuk hoger kunnen liggen. Reken je dus niet rijk en zorg dat je ook een hogere hypotheekrente in de toekomst kunt betalen.

Als je verwacht dat je inkomen in de toekomst misschien onvoldoende is om een hogere rente op te vangen dan kun je besluiten om, nu je inkomen nog wat hoger is en je hypotheeklasten lager zijn, wat extra af te lossen. Alleen moet je behoorlijk aflossen om de kwetsbaarheid in de toekomst te verlagen. Een andere oplossing is geld opzij te zetten op een spaarrekening. Dit is een prima oplossing, zeker als je nog niet veel vrij vermogen hebt. Een laatste, wat radicalere stap kan ook zijn om te verhuizen naar een goedkopere woning. Dat is sowieso een goede stap om te overwegen als je je al afvraagt of de hypotheeklasten in de toekomst nog betaalbaar zijn met je lagere pensioeninkomen.

Blijf op de hoogte

Schrijf je nu in voor de nieuwsbrief en blijf op de hoogte van het laatste (rente)nieuws.