Over het algemeen is wel bekend dat een hogere rente betekent dat je minder hypotheek kunt krijgen. Logisch ook omdat bij een hogere rente je maandlasten hoger zijn. Waarbij het niet zo is dat als de rente verdubbeld of verdrievoudigd je opeens maar de helft of een derde aan hypotheek kunt krijgen. Dat komt omdat een annuïteitenhypotheek een dempende werking heeft op de stijging van de brutolasten bij een hogere rente; de aflossingscomponent in het bruto maandbedrag gaat de begin jaren namelijk omlaag.
Hypotheeknormen te ruim
Toen de hypotheeknormen vorig jaar werden vastgesteld was nog niet voorzien hoeveel de inflatie dit jaar zou zijn. Inmiddels worden consumenten geconfronteerd met veel hogere uitgaven voor energie, brandstof en boodschappen. Dat betekent dat er in feite minder geld overblijft om uit te geven aan wonen.
Jaarlijks worden de hypotheeknormen aangepast en de rekenmeesters zijn druk bezig om de normen voor 2023 vast te stellen. Om te voorkomen dat er grote sprongen zitten in hoeveel iemand bij een bepaald inkomen kan lenen, is afgesproken dat bij het bepalen van de hypotheeknormen gekeken wordt naar niet alleen het afgelopen jaar maar naar een paar jaren in het verleden, namelijk het voorgaande jaar en de drie daaraan voorgaande jaren. Ofwel, voor de hypotheeknormen voor 2023 wordt gekeken naar een gemiddelde over de jaren 2019 tot en met 2022.
De Nederlandsche Bank (DNB) en Autoriteit Financiële Markten (AFM) hebben al aangegeven dat de huidige hoge inflatie meegewogen moeten worden in de nieuwe financieringslastpercentages, in plaats van dat die hoge inflatie van dit jaar slechts voor een kwart meegenomen wordt. Als hun terechte advies wordt meegenomen, is de kans dan ook groot dat de financieringslastpercentages lager uitpakken dan dit jaar.
Belangrijke rol bij adviseurs, ook nu al
Ook nu al ligt er een belangrijke rol bij hypotheekadviseurs. Zij moeten niet alleen kijken naar de wettelijk vastgelegde norm, maar vooral ook goed kijken naar de individuele situatie van de klant. De hypotheeknormen zijn gebaseerd op één uniform huishouden met relatief lage uitgaven terwijl bijvoorbeeld een gezin met meerdere kinderen een veel hoger uitgavenpatroon kan hebben, waardoor er ook minder geld is om aan wonen uit te geven. In de praktijk zien we dat consumenten minder spaarruimte hebben door onder andere hogere energienota’s en duurdere boodschappen. Dat betekent minder ruimte voor buffers en daarom moeten consumenten ook nu al voorzichtiger zijn met maximaal lenen.
Lagere financieringslastpercentages, hogere rente en hogere inkomens
Zoals het er nu uitziet is de kans redelijk aanwezig dat we in 2023 lagere financieringslastpercentages gaan zien in combinatie met een mogelijk hogere rente. Die combinatie leidt tot een lagere maximale hypotheek. Dat zal waarschijnlijk maar voor een beperkt deel gecompenseerd kunnen worden door hogere inkomens. Dit treft starters over het algemeen meer dan doorstromers omdat starters vaker dan doorstromers de maximale leencapaciteit nodig hebben.
::BLOK:AANMELDENNIEUWSBRIEF::