Nieuwe zzp-wetgeving leidt tot vragen bij (schijn)zelfstandigen over hypotheek

Door de aangekondigde strengere handhaving op schijnzelfstandigheid door de Belastingdienst groeit onder zzp’ers de behoefte aan duidelijkheid over hun woonsituatie. Financieel dienstverlener Van Bruggen signaleert dat steeds meer freelancers onderzoeken welke gevolgen een overstap naar loondienst heeft voor hun hypotheek. Daarbij speelt onder andere de vraag of het inkomen in loondienst voldoende is om de bestaande maandlasten te kunnen blijven dragen.

Uit een interne peiling onder ruim dertig aangesloten adviseurs blijkt dat ongeveer de helft van hen verwacht dat sommige zzp’ers bij een overstap naar loondienst mogelijk minder financiële ruimte ervaren. Sommigen signaleren zelfs dat de betaalbaarheid van de huidige hypotheeklasten onder druk kan komen te staan. “In veel gevallen ligt het salaris in loondienst lager dan het winstinkomen als zelfstandige,” zegt Jan Thale Haandrikman, directeur bij Van Bruggen. “Dat heeft directe invloed op het netto besteedbaar inkomen én op de maximale hypotheek die iemand kan krijgen.”

Een concreet praktijkvoorbeeld onderstreept het effect van de overstap op de hypotheek. Een secretaresse met een zakelijk jaarinkomen van €80.000 als zzp’er ging onlangs in loondienst voor €55.000. Haar maximale leencapaciteit daalde hierdoor met ongeveer €100.000. Haandrikman: “Een daling van deze omvang kan voor veel woningzoekers het verschil betekenen tussen wel of niet kunnen kopen in de huidige woningmarkt. Het is dus raadzaam om deze keuze en impact met je hypotheekadviseur te bespreken.” 

Meer zekerheid, soms zelfs meer leencapaciteit

Voor een medewerker in loondienst kijkt een geldverstrekker naar het huidige inkomen, terwijl bij een zzp’er het gemiddelde inkomen over de afgelopen drie jaar meestal het uitgangspunt is. “Een inkomensstijging van een zzp’er in de afgelopen jaren wordt door deze gemiddelde berekening minder snel meegenomen dan bij een medewerker in loondienst”, legt Haandrikman uit. Een ander belangrijk voordeel voor iemand in loondienst is dat die vaak minder zwaar getroffen wordt door zware economische omstandigheden.

In de praktijk zien onze adviseurs in sommige uitzonderlijke zaken zelfs dat zzp’ers die overstappen naar loondienst meer kunnen lenen dan in de tijd dat ze zzp’er waren. Een zzp’er die overstapt naar loondienst heeft nog een ander streepje voor bij geldverstrekkers: in loondienst heb je meer stabiliteit. Veel zzp’ers zijn bijvoorbeeld niet verzekerd tegen arbeidsongeschiktheid. In loondienst bouwt men automatisch sociale zekerheden op, wat ook doorwerkt in de beoordeling door hypotheekverstrekkers.

Aantal aanvragen blijft stabiel

Ondanks de aangekondigde strengere handhaving blijft het aantal hypotheekaanvragen van huishoudens met ten minste één zzp’er vooralsnog stabiel. Momenteel is bij ongeveer één op de acht hypotheekaanvragen een zzp’er betrokken. Dat komt overeen met de verhouding tussen zzp’ers en werknemers in loondienst in Nederland. Het laat zien dat zelfstandigen tegenwoordig vergelijkbare toegang hebben tot een hypotheek, hoewel de berekeningswijze wel verschilt.

Coronacrisis steeds minder bepalend

Voor medewerkers in loondienst beoordelen geldverstrekkers het huidige salaris, terwijl bij zzp’ers doorgaans wordt gekeken naar het gemiddelde inkomen over de afgelopen drie boekjaren. Voor wie in 2025 een hypotheek aanvraagt, betekent dit dat de corona jaren 2020 en 2021 in veel gevallen niet meer worden meegewogen. Dat is vaak gunstig voor de maximale hypotheek.

Dit geldt in het bijzonder voor zzp’ers in sectoren als horeca, cultuur en evenementen, die destijds hard zijn getroffen. “Onze adviseurs merken dat zelfstandigen uit deze branches in 2025 vaker in aanmerking komen voor een hogere hypotheek, nu het laatste zwakke coronajaar buiten beschouwing blijft. Hierdoor kunnen zzp’ers die zich na de crisis hebben hersteld, hun financieringsmogelijkheden verruimen”, besluit Haandrikman.