Tips voor de belastingaangifte

Tips voor de belastingaangifte

Het is weer bijna tijd voor de belastingaangifte. Tussen 1 maart en vóór 1 mei dien je de aangifte te doen. Dit doe je online met Mijn Belastingdienst of met de aangifte-app ‘Aangifte 2019’. Let op: de app kan niet door iedereen gebruikt worden. Heb je bijvoorbeeld in 2019 een woning gekocht of verkocht, heb je een restschuld voor een vroegere woning of heb je een lening voor de eigen woning afgesloten bij familie, dan kun je de app niet gebruiken.

Lukt het je niet om vóór 1 mei de aangifte te doen, vraag dan voor 1 mei uitstel aan. De Belastingdienst kan dan uitstel verlenen tot 1 september. Heb je aangifte gedaan, dan streeft de Belastingdienst er naar om je binnen drie maanden te berichten.

Vooraf ingevulde gegevens

De Belastingdienst bezit al een groot aantal gegevens van je, zoals wie je bent, waar je woont, bij wie je werkt en wat je loon is, de hypotheekrente die je betaalde in 2019, de WOZ-waarde van je eigen woning en je vermogen. Deze gegevens staan al ingevuld. Toch moet je ze nog wel goed controleren, want je bent uiteindelijk zelf verantwoordelijk voor de juistheid van de gegevens die je instuurt.

Goede voorbereiding

Een goede voorbereiding is het halve werk. Zorg dat als je de aangifte gaat doen, je alle documenten bij de hand hebt, zoals onder andere je burgerservicenummer (plus die van je eventuele partner en kinderen), je DigiD (en die van je partner), de jaaropgave van je werkgever, het jaaroverzicht van je hypotheek, de WOZ-waarde van de gemeente en de jaaroverzicht(en) van banken en verzekeraars waar je spaart of belegt.

Let op: bij de WOZ-waarde gaat het niet om de WOZ-waarde die je recent hebt ontvangen, maar die van vorig jaar. Dus met peildatum 1 januari 2018.

Aftrek- en bijtelpost eigen woning

Een van de belangrijkste aftrekposten die je als huisbezitter hebt, is de aftrekpost hypotheekrente.

     – Hypotheekrente en bijkomende kosten

Tegen welk percentage je de hypotheekrente mag aftrekken is afhankelijk van de hoogte van je inkomen en is maximaal 49,0% (2019). Bij je belastingaangifte vul je in hoeveel hypotheekrente je het afgelopen jaar hebt betaald. Meestal zal dit al ingevuld zijn en hoef je dit alleen nog maar te controleren met het overzicht van je geldverstrekker. Het aangifteprogramma berekent uiteindelijk hoeveel geld je terugkrijgt.

Let op: als je vorig jaar een boetrente betaalde omdat je de hypotheek openbrak, dan is die ook aftrekbaar evenals alle financiële kostenposten die je daarvoor hebt moeten maken (hypotheekadvies-, notaris- en taxatiekosten).

Tip: heb je gebruikgemaakt van rentemiddeling in 2019, dan mag je de administratiekosten van de geldverstrekker (vaak een paar honderd euro) aftrekken.

Tip: heb je een taxatierapport laten maken om aan te tonen dat je hypotheek in verhouding tot de waarde van de woning lager is geworden, en je hebt om die reden een lagere rente gekregen, dan zijn ook die kosten aftrekbaar. Evenals eventuele administratiekosten die de geldverstrekker in rekening bracht.

Hypotheekrente is niet altijd aftrekbaar. In sommige gevallen valt een hypotheek in box 3. Dat heeft tot gevolg dat de hypotheekrente niet aftrekbaar is, maar dat de hypotheek wel in box 3 als schuld in mindering gebracht mag worden op de bezittingen, waardoor je minder vermogensbelasting hoeft te betalen. Een hypotheek zit bijvoorbeeld in box 3 als je een hypotheek hebt genomen om een auto te kopen of als je de overwaarde op je vorige woning niet gebruikt hebt om de hypotheek op de nieuwe woning te verlagen.

     – Erfpacht

De erfpacht is een aftrekpost voor de belastingaangifte. Er is sprake van erfpacht als je woning niet op eigen grond staat en je daarvoor maandelijks of jaarlijks een bedrag betaalt aan de grondeigenaar, vaak de gemeente.

     – Eigenwoningforfait

Als eigen huisbezitter heb je ook te maken met een bijtelpost, het eigenwoningforfait, die afhankelijk is van de waarde van de woning. Voor de meeste woningen bedraagt het eigenwoningforfait 0,65% van de WOZ-waarde (2019). Dus bij een woning van bijvoorbeeld € 300.000,- bedraagt het eigenwoningforfait € 1.950,-.

Afhankelijk van de hoogte van je inkomen betaal je daar belasting over. Voor een woning met een WOZ-waarde onder de € 75.000,- geldt een lager eigenwoningforfaitpercentage en voor een woning vanaf € 1.080.000,- geldt juist een hoger percentage. Als je een fiscaal partner hebt dan mag je bepaalde inkomsten en aftrekbare kosten, waaronder die betrekking hebben op de eigen woning, onderling verdelen. Zodat het voor jou en je partner het meest gunstigst is.

Eigen woning gekocht?

Heb je in het afgelopen jaar een woning gekocht, dan heb je naast de hypotheekrenteaftrek en de bijtelling van het eigenwoningforfait nog andere eenmalige aftrekposten. Het gaat dan om kosten die te maken hebben met de financiering, zoals:

     – advies- en bemiddelingskosten voor het krijgen van je hypotheek of lening;
     – notariskosten en kadastrale rechten voor de hypotheekakte, inclusief btw;
     – taxatiekosten (alleen om een lening te krijgen);
     – bereidstellingsprovisie, dit is het bedrag dat je aan de geldverstrekker betaalt om de aangeboden rente in een offerte te verlengen;
     – kosten van de aanvraag van een Nationale Hypotheek Garantie;
     – in geval van nieuwbouw: bouwrente over de periode na het sluiten van de voorlopige koop-/aannemingsovereenkomst;
     – kosten van nieuwbouwdepot of verbouwingsdepot (onder voorwaarden)

Bijzondere situaties

     – Tijdelijk twee woningen

Had je tijdelijk twee woningen, bijvoorbeeld omdat je een nieuw huis hebt gekocht, dan hoef je waarschijnlijk voor slechts één woning de WOZ-waarde op te geven en mag je de hypotheekrente voor beide woningen aftrekken. Op de site van de Belastingdienst vind je meer informatie en uiteraard kun je ook om hulp vragen bij je financieel adviseur.

     – Scheiden/uit elkaar gaan

Een andere bijzondere situatie is als jij en je partner uit elkaar zijn gegaan. Ook hier kun je meer informatie lezen op de site van de Belastingdienst of uitleg vragen aan je financieel adviseur.

     – Kleine hypotheek (Wet Hillen)

Als je nog een kleine hypotheek hebt, betaal je weinig hypotheekrente. Dan kan het zijn dat het eigenwoningforfait hoger is dan je aan aftrek hebt voor de hypotheekrente. Dit geldt sowieso als je geen hypotheek meer hebt. Onder voorwaarden heb je dan recht op een aftrek omdat je geen of een kleine hypotheek hebt (officieel in Belastingdiensttaal: eigenwoningschuld), waardoor je per saldo op een kleine bijtelling uitkomt. Deze regeling, die bekend staat als de Wet Hillen, wordt sinds 2019 in kleine stapjes in 30 jaar tijd afgeschaft.

     – Uitkering gehad van een (bank-)spaarhypotheek of levensverzekering

Heb je in 2019 je (bank-)spaar-, leven of beleggingshypotheek beëindigd en daarbij een uitkering gekregen van de levensverzekering of uit de spaar- en beleggingsrekening? Dan moet je die uitkering opgeven bij je belastingaangifte. Als je aan bepaalde voorwaarden voldoet, kun je gebruikmaken van een vrijstelling waardoor je geen belasting hoeft te betalen over je uitkering. Je financieel adviseur kan dit bekijken voor je specifieke situatie.

     – Rijksmonument

Je mag vanaf 1 januari 2019 geen onderhoudskosten voor je rijksmonument aftrekken. Wel kun je een zogenaamde instandhoudingssubsidie aanvragen bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.