Zzp’er extra kwetsbaar voor onvoorziene omstandigheden

Het sluiten van de juiste verzekeringen en het opbouwen van een spaarbuffer om eventuele onvoorziene omstandigheden op te vangen is voor zzp’ers nog belangrijker dan voor mensen in loondienst. Die laatste groep wordt meer beschermd door speciale werknemersverzekeringen, zoals de werkloosheidswet (WW), de ziektewet en de wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA) en door verzekeringen en regelingen die de werkgever verzorgt. Als zzp’er moet je daarom vaker zelf iets regelen of een hogere verzekering afsluiten.

Ziekte of arbeidsongeschikt

Ben je als zzp’er ziek en kun je daardoor niet werken, dan kun je geen uren declareren en word je niet betaald. Als je door ziekte in meer of mindere mate je werk niet meer kunt uitoefenen, dan moet je die inkomensachteruitgang zelf opvangen.

Dat kan op meerdere manieren. Het is in de eerste plaats altijd belangrijk om een goede spaarbuffer op te bouwen. Hiermee kun je namelijk allerlei verschillende soorten van onvoorziene omstandigheden tijdelijk opvangen. Een partner met een goed inkomen helpt uiteraard ook. In sommige gevallen zijn er mogelijkheden dat de partner meer gaat werken en verdienen op het moment dat het inkomen van de zzp’er voor langere tijd achteruitgaat.

Zeker voor langdurige gedeeltelijke of volledige arbeidsongeschiktheid is het voor de meeste zzp’ers van belang dat ze een arbeidsongeschiktheidsverzekering afsluiten. In de praktijk zien we dat slechts ongeveer 1 op de 5 zzp’ers daadwerkelijk een arbeidsongeschiktheidsverzekering afsluit. Uit onderzoek blijkt dat de arbeidsongeschiktheidsverzekering als duur wordt ervaren.

Premie arbeidsongeschiktheidsverzekering

Premies van een arbeidsongeschiktheidsverzekering zijn inderdaad niet goedkoop, maar daar staat wel een uitkering tegenover als je onverwachts arbeidsongeschikt wordt, die bijvoorbeeld het verschil kan maken of je wel of niet in je woning kunt blijven wonen.

Het is belangrijk om je goed te laten adviseren, want je kunt binnen een verzekering allerlei keuzes maken die uiteindelijk bepalen hoe hoog de premie daadwerkelijk is. Bijvoorbeeld door goed de eigen risicoperiode te bepalen. Want heb je een goede spaarbuffer dan kun je een langere eigen risicoperiode kiezen met een lagere premie. Bepaal ook wat wel en niet gedekt moet zijn. Waarbij je je dan uiteraard wel goed moet realiseren dat als je iets niet verzekerd omdat je denkt dat jou dat niet zal overkomen, je ook geen uitkering krijgt als het onverwachts wel optreedt.

Overlijden

Bij je overlijden valt je inkomen weg en er is ook geen nabestaandenregeling vanuit de pensioenregeling van de werkgever. Veelal komt je achterblijvende partner niet in aanmerking voor een uitkering vanuit de algemene nabestaandenwet of is die bijdrage erg klein.

Dekking bepalen

Hoewel de meeste geldverstrekkers geen verplichting meer kennen voor een overlijdensrisicoverzekering is het wel van harte aan te bevelen als je een partner en/of kinderen hebt. Daarbij is het belangrijk om te bepalen welke dekking nodig is. Gaat het alleen om het afdekken van de hypotheek dat de achterblijvende niet zelf kan dragen of gaat het ook deels om het opvangen van de achteruitgang in inkomen om de andere vaste en variabele lasten op te vangen. De afgelopen jaren zijn de premies voor overlijdensrisicoverzekeringen fors gedaald, waarbij verzekeraars voor het bepalen van de premie geen onderscheid maken tussen een zzp’er en iemand in loondienst.

Minder of geen werk

Als zzp’er ben je ondernemer en dat betekent dat je soms meer en andere keren weer minder werk hebt, en misschien zelfs wel even geen werk. Hiertegen kun je je niet verzekeren. Het is daarom belangrijk om een spaarbuffer op te bouwen en soms kan een partner tijdelijk extra werken en daardoor meer inkomen verdienen.

Pensioen

Een zzp’er krijgt net als iemand in loondienst AOW als hij of zij de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt. Maar als zzp’er krijg je geen werkgeverspensioen, tenzij je nog een stukje pensioen hebt opgebouwd in de tijd dat je nog in loondienst werkte.

Voor je aanvullende pensioen ben je dus grotendeels op jezelf aangewezen. Dat kun je op verschillende manieren doen. Je kunt bijvoorbeeld een lijfrenteverzekering of -rekening afsluiten. Deze lijfrente is onder voorwaarden aftrekbaar voor de inkomstenbelasting. Je kunt zelf een spaar- of beleggingspot opbouwen in box 3. En in sommige gevallen kun je waarde opbouwen in je onderneming, zodat je daarover kunt beschikken bij de verkoop van je onderneming. Voor veel zzp’ers geldt overigens dat hun dienstverlening bestaat uit het verrichten van arbeid, waardoor ze geen waarde opbouwen in hun onderneming.

In plaats van alleen naar de inkomstenkant te kijken, kun je je financiële situatie bij pensionering ook verbeteren door er voor te zorgen dat je uitgaven op het moment van pensionering lager zijn. Bijvoorbeeld door de hypotheek op de eigen woning geheel of grotendeels af te lossen.